Uitkering tijdens bezwaar- of beroepsprocedure

Je hebt bezwaar gemaakt of beroep aangetekend tegen een beslissing van UWV of de gemeente. Maar in de tussentijd krijg je geen geld of weinig geld. Waar moet je dan van leven?

2 mogelijkheden:

• Gaat het om een beslissing van UWV? Dan kan je misschien bijstand krijgen van de gemeente. Het is verstandig om de bijstand zo snel mogelijk aan te vragen.
• Kan je geen bijstand krijgen? Of gaat het al om een beslissing van de gemeente over bijstand? Dan kan je de rechter vragen om een voorlopige voorziening. Je vraagt de rechter dan om je voorlopig toch een uitkering te geven. De rechter kijkt hoe belangrijk dit voor je is en hoe groot de kans is dat je gelijk krijgt in de bezwaar- of beroepsprocedure.

Waar vraag ik de voorlopige voorziening aan?

Je vraagt de voorlopige voorziening aan bij de rechter. Bij welke rechter moet je zijn?

• tijdens de bezwaarprocedure: bij de rechtbank in jouw regio (afdeling bestuursrecht).
• tijdens de beroepsprocedure: bij de rechtbank die jouw zaak in behandeling heeft.
• tijdens het hoger beroep: bij de Centrale Raad van Beroep.

Je kan altijd bij het Juridisch Loket navragen bij welke rechter of rechtbank je moet zijn.

Hoe aanvragen?

Je kan de voorlopige voorziening zelf aanvragen. Daarvoor schrijf je een brief naar de rechtbank of de Centrale Raad van Beroep. Boven de brief zet je ‘Verzoekschrift voorlopige voorziening’. In de brief schrijf je waarom je het verzoek doet. Je kan het verzoek trouwens ook via internet indienen. En je mag ook een advocaat of sociaal raadsman vragen om de brief voor je te schrijven.

Wat kost het?

Het verzoek is niet gratis: bij de rechtbank en bij de Centrale Raad van Beroep betaal je € 53 voor het verzoek, als het over een uitkering of over huurtoeslag gaat. Gaat het over iets anders, dan betaal je € 194. Heb je een erg laag netto-inkomen, dan kan je in het beroepschrift vragen om vrijstelling van het griffierecht.